Er is een reden waarom het oud historisch centrum van Jávea zo’n 25 minuten landinwaarts ligt. Sinds de stad Jávea in de 13e eeuw heroverd werd op de Moorse overheersing, waren ze reeds al honderden jaren lang aanvallen door piraten. De kerk in het oude centrum, ‘Iglesia-fortaleza’ of fortkerk was officieel bekend als het toevluchtsoord voor de Noord-Afrikaanse aanvallen.
Het bekendste object dat ooit in Jávea is gevonden is een set gouden bruidsjuwelen uit de 3e eeuw. Ook werden er 54 massief gouden Romeinse munten gevonden door snorkelaars voor de kust in 2021. Maar terwijl smalle straatjes ooit dienden om Jávea veilig te houden, barst het historische centrum van Jávea nu van de potplanten, bars, restaurants, kleine hotelletjes en B&B’ s. Ook is er een dagelijkse overdekte markt, een wekelijkse markt en verschillende kleine bedrijfjes. Gelukkig voor iedereen die vandaag het oud historisch centrum komt bezoeken, de oude stad heeft de tand des tijds doorstaan. En zijn waardevolle schatten bevinden zich niet alleen in het gemeentelijk museum.
Deze belangrijke kerk dateert uit 1304. Slechts enkele decennia na de herovering van het Valenciaans grondgebied op Moorse heersers. De kerk werd in de eerste plaats gebouwd als verdediging tegen aanvallen van piraten. De hoge torenspits werd gebruikt om de wacht te houden en is gemakkelijk te zien vanuit heel Jávea.
De gemeentelijke overdekte markt is elke dag geopend behalve op zondag, van maandag tot en met vrijdag van 8.00 tot 20.00 uur en op zaterdag van 8.00 tot 22.00 uur. Je vindt er alles van verse koffie, jus d’orange en ontbijt. Maar ook slagers, verse groenten en fruit, verse vis, kaas en een verscheidenheid aan ambachtelijke producten.
Het gemeentelijk museum van Jávea is elke dag behalve op maandag geopend, meestal van 10.00 tot 13.30 uur en op sommige dagen ook van 17.00 tot 20.00 uur. Je vindt hier een schat van voorwerpen. Ook de gouden Romeinse munten zoals hierboven vermeld, plus vele andere objecten die zijn verzameld. De verzameling begint bij het Iberische tijdperk door de Romeinse tot de islamitische en Valenciaans heerschappij.
Inwoners van Jávea zullen de oude stad kennen vanwege het Centre de Salut. Waar iedere inwoner afspraken maakt in het gezondheid zorgsysteem of gebruik maakt van de 1ste hulp. Hoewel het niet zo belangrijk is voor toeristen, kan het belangrijk zijn te weten waar de 1ste hulp zich bevindt.
Het Plaça del Convent is het meest populaire plein in het oud historisch centrum van Jávea en is bezaaid met bars en restaurants. Hier sluiten de wegen voor een wekelijkse markt op donderdag en voor stierenrennen tijdens festivals zoals de Fogueres de Sant Joan. Er is ook de Plaza de la Constitución, die verderop ligt. Dat is een groter plein waar evenementen plaatsvinden zoals Jávea Jazz en brandbare sculpturen tijdens Sant Joan.
De heuvels en grotten rondom Jávea bevatten overblijfselen van de Spaanse Iberische kolonisten, maar de stad zelf is van Moorse oorsprong. De naam Jávea komt van een Moors woord ‘Xabiga’ dat put of stortbak betekent. Jávea ligt in een gebied dat veel groener is dan het grootste deel van de provincie Alicante in het zuiden. De diepste ondergrondse rivier van Europa (de Moraig-rivier) stroomt er vreemd genoeg onderdoor voordat hij de zee ontmoet bij Cala de Moraig in Benitachell.
Jávea begon vanaf 1244 opnieuw bevolkt te worden door christenen. Nadat het naburige Denia capituleerde voor ‘Jaime van Aragón’ die Valencia in 1238 veroverde. Jávea groeide in het begin voornamelijk als vissersdorp en groeide in 1510 uit tot ongeveer 930 inwoners.
Frequente aanvallen van piraten dwongen deze inwoners om een ommuurde nederzetting te bouwen 2 km landinwaarts van de zee. Dit werd het oud historisch centrum en werd tot 1877 beschermd door een muur. Je kunt nog steeds overblijfselen van de muur zien die langs de hoofdstraat loopt.
De economie van Jávea was in het begin altijd gebaseerd op landbouw. Tarwe werd een belangrijk gewas, dat werd gemalen door de rij windmolens die je nog steeds kunt zien op de Plana de San Jeroni ten noorden van het oud historisch centrum. Later werden rozijnen een belangrijk gewas tot de uitbraak van phylloxera aan het einde van de 19e eeuw.
Toerisme begon de economie van Jávea te stimuleren sinds 1947. Toen was er een inwoner van Jávea die een bus route naar Valencia aanlegde en Jávea ’s eerste toeristische hotel aan het strand oprichtte. Sinds de jaren zestig zijn er meer toeristen gekomen die sinaasappelboomgaarden en wijnranken hebben veranderd in villa’s en appartementen.
In het oude historisch centrum is waar de meeste lokale Spaanse bevolking van de stad woont. Het is het centrum van Jávea waar de beste festivals worden gehouden en het is een must voor iedereen hier voor een paar dagen te verblijven.
Calle Almudaina, 17
03730 Jávea
Alicante, Spanje
info@asombrosa.net
Tel.: +34 633 335 977
WhatsApp ons